Vrijwel alle culturen kennen hun eigen tradities en gewoontes rondom dood en overlijden. In sommige culturen wordt van naaste familie verwacht dat ze in de rouwperiode zwarte kleding dragen en zich ingetogen gedragen. In andere culturen kleedt men zich dan juist kleurrijk is het juist gebruikelijk rondom de uitvaart juist te dansen en te drinken. Tradities hebben vooral tot doel troost, steun en houvast te geven bij grote veranderingen in het leven zoals als geboorte, huwelijk en dood. Het biedt comfort en eenduidigheid; even
niet nadenken. Gewoon doen omdat het altijd zo is gegaan. Iedereen weet hoe het hoort.
Toch kunnen tradities door de jaren heen veranderen. Wat ooit troost en geruststelling bracht in het verleden, hoeft niet per se nog nut te hebben in het heden. Zo dekken we tegenwoordig bij een overlijden niet meer alle spiegels in huis af om de ‘geest’ weg te kunnen laten gaan. En ook de ooit traditionele ‘koffie/cake-uitvaart’, lijkt inmiddels een stilledood te zijn gestorven. Het is maar goed ook dat tradities kunnen mee veranderen met de behoefte van de maatschappij.
Het is wettelijk bepaald dat de uitvaart uiterlijk de zesde werkdag na de dag van het overlijden moet plaatsvinden. Dat geeft naasten dus best veel tijd zou je denken. Toch zien we in onze omgeving dat het heel gebruikelijk is om deze tijd niet te nemen. De tijd tussen overlijden en uitvaart is hooguit vier tot vijf dagen. Deze haast brengt met zich mee dat de naaste familie snel belangrijke beslissingen dienst te nemen over de uitvaart, condoleances
en budget, terwijl ze vaak nog half in shock verkeren.
Na een periode van vaak intensieve thuiszorg slaapt men slecht, is er veel stress en verdriet. Maar heeft die rouwkaart nou echt zoveel haast, of kan de familie beter eerst even met elkaar de schok van het overlijden verwerken en nadenken wat ze willen? Wel of geen bloemen? Begraven of cremeren? Invulling van de afscheidsdienst met woorden, kiezen van muziek en verzamelen van foto’s?
Hierna volgen de condoleances: een ware marathon waarbij de naaste familie per dag uren op de benen staat, oververmoeid honderden handen schudt en talloze malen hetzelfde verhaal moet herhalen. En dan hebben we het nog niet over het bezoek die zich niet aan de bezoektijden houdt waardoor er helemaal weinig tijd is voor naasten om echt samen te zijn. Door dit alles zijn ze op dag vier of dag vijf na het overlijden, de dag van de uitvaart, meestalzo uitgeput, dat men de helft niet meer meekrijgt.
Als uitvaartverzorgsters horen wij net iets te vaak dat de naaste familie de week tussen overlijden en uitvaren als een roes heeft beleefd, momenten kwijt is en emotioneel en fysiek uitgeput naar huis gaat. Terwijl het eigenlijk juist een week zou moeten zijn van bewustwording, van berusting, van aanvaarding. Een week waarin de naaste familie bij elkaar kruipt, mooie herinneringen ophaalt, samen verdriet deelt en soms samen een tijdperk afsluit. In onze jachtige moderne maatschappij, waarin we constant ‘aan’ staan, altijd online zijn, zouden we juist op dit soort momenten even gas terug moeten nemen.
Ruimte geven aan de emoties die ontstaan rondom de dood, voor het rouwproces. Om de tijd te nemen en de tijd te krijgen. Niet voor de buren of voor al je kennissen, maar voor jezelf en je naaste familie. Want natuurlijk is het prima om tradities te volgen, omdat het nou eenmaal zo hoort, om het niet fout te doen. Maar weet u, het is nog belangrijker om het goed te doen. Zoals de Engelse schrijver William Somerset Maugham het ooit zei: “Traditie is een gids en geen
cipier.”